Verzoekster ontving, na de verlening van haar verblijfsvergunning, een woningaanbod van het COA voor een reguliere woning in de gemeente Werkendam. Na haar uitplaatsing bleek dat zij van de gemeente Werkendam geen bijstandsuitkering zou ontvangen omdat haar in Breda woonachtige echtgenoot een betaalde baan had. Verzoekster leende geld bij de gemeentelijke kredietbank voor de inrichting van haar woning.
Verzoekster klaagt erover dat zij door het COA niet goed is geïnformeerd over haar recht op bijstand bij uitplaatsing naar een reguliere woning.
De Nationale ombudsman oordeelde dat het COA , wetende dat verzoekster een in Nederland wonende echtgenoot had, haar had moeten wijzen op mogelijke financiële consequenties bij aanvaarding van de aangeboden woning.
Door haar hier niet op te wijzen handelde het COA in strijd met het vereiste van actieve en adequate informatieverstrekking. Op dit punt is de onderzochte gedraging niet behoorlijk
Daarnaast klaagde verzoekster erover dat het COA haar niet de door haar gemaakte schulden, als gevolg van het niet verkrijgen van een bijstandsuitkering, wilde vergoeden. De Nationale ombudsman oordeelde dat verzoekster de financiële schade had kunnen bepreken door direct, nadat was gebleken dat zij geen uitkering zou ontvangen, de aangeboden woning alsnog te weigeren en geen lening af te sluiten voor inrichtingskosten van die woning. Niet kan worden geoordeeld dat verzoeksters aanspraak op schadeloosstelling zo evident is, dat het COA niet in redelijkheid had kunnen komen tot afwijzing van dat verzoek. Op dit punt is de onderzochte gedraging behoorlijk.