2006/031

Rapport

F. was op 25 februari 2004 met haar zoontje per auto onderweg naar een kinderfeestje bij verzoeker thuis, toen zij vlakbij het huis van verzoeker werd stilgehouden door twee politieambtenaren wegens het vermoedelijk niet dragen van autogordels. De politieambtenaren wilden F. na een woordenwisseling aanhouden voor het beledigen van een ambtenaar in functie. F. liep hierop het huis van verzoeker in. De politieambtenaren liepen haar achterna.

Verzoeker klaagde er onder meer over dat de politieambtenaren niet juist had gehandeld tijdens hun poging tot aanhouding van F. door enkele van de in zijn woning aanwezige kinderen omver te duwen, zijn vragen niet te beantwoorden en hem te tutoyeren. Verder klaagde verzoeker erover dat de centralist zijn melding niet serieus had genomen.

De districtschef had tijdens de interne klachtenprocedure reeds aangegeven dat de politieambtenaren de woning van verzoeker niet hadden mogen betreden.

Ten aanzien van het omver duwen van kinderen overwoog de Nationale ombudsman het niet aannemelijk te vinden dat een politieambtenaar kinderen omver had geduwd, nu de twee betrokken politieambtenaren ieder voor zich hadden aangegeven dat zij niet enkele in de woning van verzoeker aanwezige kinderen bewust omver hadden geduwd.

Ten aanzien van het niet beantwoorden van de vragen van verzoeker en het tutoyeren oordeelde de Nationale ombudsman dat de politie had gehandeld in strijd met het vereiste van correcte bejegening.

Ten aanzien van het niet serieus nemen van de melding door de centralist overwoog de Nationale ombudsman dat de centralist verzoeker niet voldoende te woord had gestaan en zijn melding niet voldoende serieus had genomen, nu de centralist niet had doorgevraagd naar de bedoeling van verzoeker en het zodoende na beëindiging van het gesprek nog niet duidelijk was wat de vervolgstappen waren. De politie had hiermee gehandeld in strijd met het vereiste van correcte bejegening.

Overige klachtonderdelen

- mededeling dat verzoeker geen aangifte kon doen tegen de betrokken politieambtenaar (geen oordeel)

- klachtbehandeling (gedeeltelijk behoorlijk en gedeeltelijk niet behoorlijk)

Instantie: Regiopolitie Noord- en Oost Gelderland

Klacht:

Niet juist gehandeld tijdens de poging een vrouw in verzoekers woning aan te houden: verzoeker onheus bejegend door zijn vragen niet te beantwoorden en hem te tutoyeren, verzoekers melding niet serieus genomen door de centralist van de regionale meldkamer; wijze van klachtafhandeling: behandeltermijn overschreden.

Oordeel:

Gegrond

Instantie: Regiopolitie Noord- en Oost Gelderland

Klacht:

In verzoekers woning aanwezige kinderen omver geduwd; getuigen niet gehoord; verbinding verbroken door centralist meldkamer;.

Oordeel:

Niet gegrond

Instantie: Regiopolitie Noord- en Oost Gelderland

Klacht:

Verzoeker meegedeeld dat hij geen aangifte kon doen.

Oordeel:

Geen oordeel