2005/412

Rapport

Verzoeker deed een beroep op de Wet openbaarheid van bestuur (Wob). Omdat toezending van het gevraagde stuk door de raadsgriffie uitbleef, diende verzoeker een klaag- en bezwaarschrift in bij de raad. Onder meer omdat zijn verzoek om informatie niet naar behoren was afgehandeld, vroeg verzoeker de raad om behandeling van zijn klacht. De commissie voor bezwaarschriften adviseerde om verzoekers bezwaarschrift tegen niet verstrekking van het gevraagde document niet-ontvankelijk te verklaren wegens het ontbreken van een belang en om verzoekers klacht over niet-verstrekking van het gevraagde document niet in behandeling te nemen, nu daarover in een bezwaarschriftprocedure was beslist overeenkomstig het bepaalde in artikel 9:8, eerste lid, onder c Awb. De raad besliste op 16 maart 2005 overeenkomstig dit advies.

Verzoeker klaagde erover dat de gemeente zijn klacht niet in behandeling had genomen.

De Nationale ombudsman overwoog dat de wetgever, teneinde te voorkomen dat de klachtprocedure oneigenlijk wordt gebruikt door hen die te laat zijn met het indienen van een bezwaarschrift, in onderdeel c van artikel 9:8, eerste lid, Awb heeft bepaald dat een bestuursorgaan in dat geval niet verplicht is een klacht te behandelen. Deze situatie deed zich in verzoekers geval echter niet voor, nu verzoeker tijdig een bezwaarschrift had ingediend tegen de fictieve weigering van een beslissing op het verzoek om informatie op grond van de Wob.

De raad was in de bezwaarschriftprocedure niet inhoudelijk ingegaan op het niet tijdig verstrekken van de informatie, terwijl verzoeker een zelfstandig belang kon hebben bij een oordeel over zijn klacht op dit punt. Juist door de behandeling van verzoekers klacht had de raad hierover uitsluitsel kunnen geven. De Nationale ombudsman achtte het dan ook niet juist dat de raad door een onjuiste uitleg van een wetsbepaling verzoeker de mogelijkheid had ontnomen zijn klacht behandeld te krijgen.

De Nationale ombudsman achtte de handelwijze van de raad strijdig met het vereiste van fair play.

Hij oordeelde dat de onderzochte gedraging niet behoorlijk was.

Instantie: Gemeente Nijmegen

Klacht:

Verzoekers klacht niet in behandeling genomen over het niet tijdig verstrekken van informatie.

Oordeel:

Gegrond