Verzoekers klagen erover dat de Dienst Wegverkeer hen een rekening heeft gestuurd in verband met het niet verschijnen op een afspraak voor een keuring van hun motorrijwiel.
Volgens verzoekers was het aan de RDW te wijten dat zij niet op de op de oproepbrief vermelde afspraak waren verschenen: zij hadden op weg naar het keuringsstation om 15.45 uur telefonisch contact opgenomen met de RDW om te informeren of zij nog dezelfde dag aangifte BPM konden doen en de RDW had toen gezegd dat in het afsprakensysteem stond dat zij niet om 16.25 uur zouden komen, maar om 15.15 uur en dat zij dus te laat waren voor de afspraak. De RDW overlegde een uitdraai van de afspraak in het afsprakensysteem en hierop stond inderdaad vermeld dat verzoekers niet op de afgesproken tijd van 16.25 uur zouden komen, maar om 15.15 uur.
Omdat niet kan worden vastgesteld wat zich ten aanzien van de wijziging van de afspraak precies had voorgedaan, onthoudt de Nationale ombudsman zich van het geven van een oordeel over de gedraging.
Ten overvloede merkt de Nationale ombudsman op dat de RDW in het kader van de (interne) klachtbehandeling verzoekers niet in de gelegenheid heeft gesteld om te worden gehoord zoals is voorgeschreven in artikel 9:10, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht.