GBTwente was onduidelijk over het betalen van belastingen met smartengeld

Brief

Na een zwaar ongeluk ontving een vrouw in 2017 veel geld als vergoeding voor materiele en immateriële schade. Toch kreeg zij van het Gemeentelijk Belastingkantoor Twente (hierna: GBTwente) tot 2022 kwijtschelding. Dat is langer dan de bedoeling was, vond GBTwente in 2023. De vrouw begrijpt dit niet. Er ontbreekt kenbaar beleid en uitleg in de beslissingen.

Wat de Nationale ombudsman vindt van kwijtschelding lokale belastingen:

1. Als (ook) smartengeld aanwezig is

Het is niet redelijk als mensen ontvangen smartengeld direct moeten gebruiken voor het betalen van dagelijkse verplichtingen zoals gemeentelijke belastingen (zie rapport 2014/025). Smartengeld moet een tijdlang niet meetellen. Over de precieze periode moet informatie worden gegeven. Het kan redelijk zijn om 'het niet meetellen' te beperken tot een aantal jaren, maar alleen als de betrokken burger dat van tevoren weet. Dat ligt anders bij schade-uitkering in de kinderopvangtoeslagaffaire. Daar speelt de Wet hersteloperatie toeslagen (2022/141, 2023/011). Bij voorkeur maakt een lokale overheidsinstantie (gepubliceerd) beleid hoe wordt omgegaan met smartengeld bij het betalen van lokale belasting (zie rapport 2024/072). Te verwachten onkosten mogen geen voorwaarde zijn voor het wel of niet meetellen van smartengeld. Immers, smartengeld is een vergoeding voor immateriële schade die niet gekoppeld is aan kosten die moeten worden betaald.

2. Als (ook) materiële schadevergoeding aanwezig is

De redelijkheid kan voor (lokale) overheden meebrengen dat een vergoeding voor herstel van een bepaalde materiële  schade een tijd lang niet meetelt bij het beoordelen van een kwijtscheldingsverzoek. De periode daarvan is afhankelijk van de omstandigheden van het geval. Van belang is binnen welk termijn redelijkerwijs het herstel van de schade verwacht mag worden waarvoor de schade-uitkering was bedoeld (zie rapporten 2013/093, 2014/190).

In dit geval heeft GBTwente jarenlang niet geïnformeerd hoelang met de vergoedingen rekening werd gehouden. Ook heeft GBTwente geen beleid hierover gepubliceerd. Daarom vindt de  ombudsman het afwijzen van kwijtschelding in 2023 in dit geval niet redelijk. Daarmee is de klacht gegrond.

De Nationale ombudsman vindt het belangrijk dat in de beslissing wordt uitgelegd waarom en voor hoe lang iemand een schade-uitkering niet hoeft te gebruiken voor het betalen van lokale belastingen. En dat wordt gewaarborgd dat sprake is van eenduidigheid in de uitvoering. Deze leerpunten zijn meegegeven aan GBTwente.  

GBTwente heeft de vrouw alsnog kwijtschelding gegeven en heeft laten weten dat haar smartengeld vanaf 2024 weer meetelt voor het betalen van lokale belastingen. Ook heeft GBTwente de leerpunten opgepakt.