Meneer is het niet eens met een legesaanslag. Daarom gaat hij in bezwaar en vervolgens in beroep bij de rechter. Tijdens deze procedures kan BsGW uitstel van betaling verlenen. Meneer vraagt hier dan ook om. Tijdens de bezwaarprocedure krijgt hij wel uitstel maar tijdens de beroepsprocedure niet. De reden dat BsGW geen uitstel van betaling verleent, heeft te maken met de uitspraak op bezwaar. Ook zegt BsGW dat ze niet konden vaststellen wat het bestreden bedrag was.
De Nationale ombudsman kan de uitleg van BsGW niet volgen. De rechter zal nog oordelen over de situatie. Dus dat BsGW de uitkomst van de bezwaarprocedure mee neemt in de beslissing vindt hij vreemd. Daarmee loopt BsGW eigenlijk vooruit op de uitspraak van de rechter. Ook vecht meneer het volledige bedrag van de aanslag bij de rechter aan dus dit kan volgens de Nationale ombudsman gezien worden als het bestreden bedrag. Tijdens het onderzoek van de Nationale ombudsman zegt BsGW dat ook de hoogte van de aanslag een rol kan spelen in het wel of niet verlenen van uitstel van betaling. Dit kan de Nationale ombudsman wel begrijpen maar BsGW heeft in dit geval niet duidelijk uitgelegd of dit inderdaad een rol heeft gespeeld.
De Nationale ombudsman vraagt BsGW in de toekomst meer aandacht te besteden aan het motiveren van verzoeken van uitstel van betaling.