De Belastingdienst trok corona uitstel terecht in

Brief

Een mevrouw met een kleine onderneming maakt gebruik van het corona uitstel. Nadat achterstand is ontstaan in de aflossing op deze betalingsregeling trok de Belastingdienst het uitstel in. Mevrouw is het daarmee niet eens. In dit geval was een achterstand ontstaan van zes maanden in de betaaltermijnen en daarnaast werden lopende belastingverplichtingen niet voldaan. 

Dat betekent dat aan de voorwaarden voor het uitstel niet (meer) werd voldaan. De ombudsman ziet in dit geval geen bijzondere omstandigheden die maken dat het uitstel toch zou moeten worden voortgezet. Op berichten van de Belastingdienst over de achterstand is niet gereageerd. Dat mevrouw na de coronaperiode last heeft van financiële tegenvallende resultaten valt onder het normale ondernemersrisico. Dat betekent dat de klacht ongegrond is.