Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier geeft echtpaar terecht geen kwijtschelding

Brief

Een echtpaar had Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier (HHNK) gevraagd om de waterschapsbelasting 2022 en 2023 niet te hoeven betalen (kwijtschelding van de waterschapsbelasting). Hun inkomen was te laag om de belasting te kunnen betalen. HHNK wees de aanvraag af, omdat er genoeg "vermogen" (bezittingen) was om de belasting te betalen. Zij hadden een eigen huis.

Meneer en mevrouw waren het niet met de afwijzing eens. Zij wezen op het volgende. De mevrouw had in 1999 een ernstig ongeluk gehad. Daardoor had zij blijvend letsel en ernstige beperkingen. Zij had daarom een uitkering ('letselschade-uitkering") gekregen van de verzekeringsmaatschappij. Het laatste bedrag was uitbetaald in 2011. Het echtpaar had het geld onder meer gebruikt om het huis te kopen. En om daar aanpassingen aan te laten doen. Volgens meneer en mevrouw was het geld van de letselschade-uitkering niet bedoeld om belasting mee te betalen. Volgens meneer en mevrouw hadden zij ten onrechte veel geld betaald aan HHNK, omdat zij verschillende jaren geen kwijtschelding hadden gekregen vanwege het huis. Volgens hun wilde HHNK de belasting misschien wel betaald krijgen door beslag te leggen op het huis. Dan zouden zij het niet meer zelf kunnen verkopen. Hun idee om het huis over een tijdje te verkopen, en van de opbrengst te gaan wonen in een zorgappartement, kwam daardoor in gevaar.

De Nationale ombudsman oordeelde dat HHNK voor 2022 en 2023 terecht geen kwijtschelding had gegeven. Een letselschade-uitkering moet bij een aanvraag om kwijtschelding een tijd (méér dan één jaar) niet worden meegerekend als vermogen. Maar niet voor altijd. En in dit geval was die tijd voorbij.(Zie voor dit onderwerp ook: publicatienummer 2024/123.)

Over de eerdere jaren merkte de Nationale ombudsman het volgende op. Volgens HHNK was er alleen een aanvraag om kwijtschelding van meneer en mevrouw bekend over 2013. Er zijn geen bewijzen dat er méér aanvragen zijn geweest. HHNK wees de aanvraag voor 2013 af. De Nationale ombudsman heeft een klachttermijn van één jaar. Vergeleken met die termijn is zo veel tijd verstreken, dat de Nationale ombudsman niet meer naar de afwijzing van de aanvraag over 2013 zal kijken. Het heeft geen zin meer om nu nog aanvragen in te dienen voor de andere jaren. Volgens de kwijtscheldingsregels hoeft HHKN geen kwijtschelding meer te geven, als de belasting al langer dan drie maanden is betaald.[RB1]

Over de eigen woning van het echtpaar merkte de Nationale ombudsman nog het volgende op. Wanneer een eigenaar van een woning een belastingschuld niet betaalt, kan de overheid ingrijpende dingen doen. Zoals: het huis laten verkopen, om de belasting betaald te krijgen. Maar volgens de ombudsman zijn de gevolgen daarvan voor de eigenaar, in vergelijking met de hoogte van aanslagen waterschapsbelasting en gemeentebelasting, meestal te groot. HHNK had daarom ook aangegeven niet van plan te zijn de woning te laten verkopen. De Nationale ombudsman is het daarmee eens. In een situatie als deze verwacht de Nationale ombudsman dat de overheidsinstantie in overleg gaat met de eigenaar van de woning om een andere oplossing te zoeken. Mogelijke andere oplossingen kunnen zijn:

  • het afsluiten van een (extra) hypotheek, die het voor de eigenaar van de woning mogelijk maakt de belasting toch te betalen; 
  • de afspraak dat de belasting alsnog wordt betaald wanneer de woning na verloop van tijd wordt verkocht (eventueel gecombineerd met beslag op de woning; dat wil zeggen: de eigenaar kan voorlopig in het huis blijven wonen, maar kan het niet verkopen buiten de overheidsinstantie om);
  • of: de overheidsinstantie sluit een soepele betalingsregeling of met de eigenaar.