2010/203

Rapport

De moeder van verzoekster verblijft in een AWBZ-instelling. Daarvoor moet zij een eigen bijdrage betalen, die door het CAK wordt vastgesteld en geïncasseerd. In juli 2008 is in het geautomatiseerde systeem van het CAK ingevoerd dat de moeder van verzoekster niet meer in de instelling verblijft. Zij verblijft er echter nog wel degelijk. Niet duidelijk is of deze fout door de instelling of door het CAK is gemaakt. Door de onjuiste uitschrijving is de inhouding van de eigen bijdrage stopgezet en is zelfs een reeds betaald bedrag gerestitueerd. Verzoekster vond dit vreemd en heeft hierover met het CAK gebeld. Nu de moeder van verzoekster nog wel in de instelling verblijft en er geen inhouding van de eigen bijdrage meer plaatsvindt en de facturen van het CAK hierover niet duidelijk zijn voor verzoekster, bouwt haar moeder een schuld op bij het CAK. Verzoekster klaagt daarover.

Verzoekster heeft met het CAK telefonisch gesproken over de restitutie. Het CAK heeft toen aangegeven dat het allemaal wel goed komt. Het had op de weg van het CAK gelegen om, nu verzoekster hierover contact op nam, nader onderzoek te doen. Nu de facturen daarnaast niet aangaven, waarom er wijzigingen waren, was het voor verzoekster moeilijk na te gaan hoe het zat.

De klacht over het CAK is gegrond, vanwege schending van het vereiste van administratieve nauwkeurigheid.

De Nationale ombudsman beveelt het CAK aan om bij het verzenden van facturen aan te geven, wat de reden van de nieuwe factuur is.

Instantie: Centraal Administratiekantoor Bijzondere Zorgkosten b.v.

Klacht:

Door eigen handelen CAK verzoeksters moeder een grote schuld bezorgd.

Oordeel:

Gegrond