Een familielid van verzoeker heeft aangifte tegen hem gedaan van seksueel misbruik. Het OM heeft besloten verzoeker niet strafrechtelijk te vervolgen en heeft de aangifte geseponeerd. Hierbij heeft het OM gekozen voor de codes 43 (oud feit) en 52 (door feit of gevolgen getroffen). Dit zijn beleidssepots. Dat betekent dat er volgens het OM voldoende bewijs is dat verzoeker de strafbare feiten heeft gepleegd, maar het OM een strafvervolging niet wenselijk acht.
Verzoeker klaagt erover dat het OM hem voorafgaand aan de afwijzing van zijn verzoek niet in de gelegenheid heeft gesteld om zijn klacht toe te lichten. Verder klaagt verzoeker erover dat het OM deze afwijzing onvoldoende heeft gemotiveerd. Ook klaagt verzoeker erover dat het OM de zaak niet heeft geseponeerd met code 02 (onvoldoende bewijs).
De ombudsman overweegt dat verzoeker een gemotiveerd verzoek heeft gedaan om de sepotcode te wijzigen. In reactie hierop heeft het OM volstaan met de enkele stelling dat het blijft bij zijn eerder ingenomen standpunt dat de strafbare feiten voldoende wettig en overtuigend bewezen zijn. Hiermee heeft het OM het vereiste van goede motivering geschonden. Deze ongemotiveerde reactie van het OM getuigt niet van besef van de impact van de sepotbeslissing voor verzoeker. Daarnaast overweegt de ombudsman dat het OM verzoeker had moeten horen naar aanleiding van zijn klacht over de sepotcode. Door dit achterwege te laten heeft het OM het vereiste van goede voorbereiding geschonden. Verder komt de ombudsman tot de conclusie dat het OM het redelijkheidsvereiste niet heeft geschonden door te weigeren de sepotcode te wijzigen.