De Nationale ombudsman deed onderzoek naar de volgende vragen:
- Heeft het OM voldoende informatie verstrekt aan verzoeker over het strafrechtelijk onderzoek naar hem?
- Op welke wijze wordt door het OM lering getrokken uit (gegronde) klachten van verzoeker?
Wat is er gebeurd?
De buren van verzoeker deden aangifte tegen hem van een zedendelict waarbij hun dochtertje van vier jaar was betrokken. Verzoeker werd als verdachte door de politie gehoord op verdenking van openbare schennis van de eerbaarheid (artikel 239 Wetboek van Strafrecht). Tijdens het onderzoek werd de verdenking veranderd in corrumperen (artikel 248d Wetboek van Strafrecht ): een kind van onder de 16 jaar bewegen getuige te zijn van seksuele handelingen.
Verzoeker verzocht het OM na zijn verhoor schriftelijk en telefonisch om inzage in het strafdossier. Omdat de inzage uitbleef, diende hij hierover een klacht in bij het OM. Toen dit niet hielp, verzocht hij de rechter-commissaris het OM een termijn te stellen waarbinnen hem inzage zou worden verleend. Verzoeker kreeg vervolgens inzage in het dossier.
De officier van justitie besloot om de aangifte tegen verzoeker te seponeren vanwege onvoldoende en overtuigend bewijs (sepotcode 02).
Verzoeker diende vervolgens bij het OM een klacht in over de "opschaling" van de verdenking, het zonder reden niet horen van het meisje en de lange behandelingsduur van zijn zaak.
De Nationale ombudsman concludeert in zijn onderzoek dat de informatieverstrekking vanuit het OM richting verzoeker over het onderzoek op een aantal punten beter had gemoeten. Daarnaast vindt de Nationale ombudsman dat het OM niet heeft geleerd van de interne klachtbehandeling en daarmee tekortgeschoten is in professionele klachtbehandeling.
De Nationale ombudsman beveelt de minister van Justitie en Veiligheid als verantwoordelijke voor het OM het volgende aan bij de afhandeling van klachten:
- voldoe aan het wettelijk vereiste van artikel 9:12 Awb en geef een oordeel over de klacht;
- betrek bij de toets of een gedraging behoorlijk is;
- leer van klachten en informeer de betrokken burger hierover.