De Nationale ombudsman, Frank van Dooren, vindt dat de Belastingdienst een man van wie de beslagvrije voet te laag was vastgesteld, met terugwerkende kracht moet compenseren. Ombudsman Van Dooren: 'Ik maak me al langere tijd zorgen over de toepassing van de beslagvrije voet. Als de burger geen minimaal budget heeft om in zijn dagelijkse onderhoud te voorzien, komt deze burger verder in de problemen maar stijgen ook de kosten voor de hele maatschappij.' De ombudsman ontvangt signalen dat overheidsinstanties de beslagvrije voet nog steeds onvoldoende beschermen.
De man moest ruim €1.800 terugbetalen omdat hij in 2007 te veel huurtoeslag had ontvangen. Daarvoor legde de Belastingdienst beslag op zijn salaris. De man had verzuimd gegevens te verstrekken voor het vaststellen van de beslagvrije voet. Maanden later maakte hij bezwaar omdat zijn beslagvrije voet te laag was vastgesteld waardoor zijn inkomen beneden het bestaansminimum kwam en hij achterstanden opliep in het betalen van de huur, zorgverzekering en het levensonderhoud van zijn gezin met minderjarige kinderen. Toen hij de juiste gegevens verstrekte verhoogde de Belastingdienst de beslagvrije voet vanaf dat moment met ongeveer 250 euro per maand, maar de Belastingdienst weigerde deze met terugwerkende kracht te verhogen.
De Nationale ombudsman vindt het niet behoorlijk dat de Belastingdienst de beslagvrije voet niet met terugwerkende kracht aanpast. Hij doet de aanbeveling aan de minister van Financiën de leidraad Invordering 2008 aan te passen en om voor deze man de beslagvrije voet met terugwerkende kracht te corrigeren en het te veel ingehouden bedrag aan hem terug te betalen.