Erkenning voor veteranen

Op deze pagina

    Column
    Veteranen lopen in stoet

    Vandaag is het veteranendag. Oude en jonge medewerkers van defensie worden bedankt voor hun inzet voor het land. Er is bijvoorbeeld een defilé en een feest op het Malieveld. Ik zal er ook de hele dag zijn. Niet omdat ik zelf veteraan ben, maar omdat ik Veteranenombudsman ben

    Bij veteranen zijn we geneigd te denken aan broze oude mannen die hebben gediend tijdens de Tweede Wereldoorlog en in Indonesië. Maar het leger veteranen sterft niet uit, het groeit. Er zijn talloze jongere veteranen die niet in oorlogstijd, maar voor vredesmissies in het buitenland hebben gediend. Denk aan Theo* van begin vijftig, die als kapitein in Libanon gelegerd was of aan Edwin*, een dertiger die als infanterist naar Bosnië ging. En aan al die mannen en vrouwen die tijdens de grootste missie van de laatste jaren naar Uruzgan gingen om scholen te bouwen en wegen aan te leggen.

    Als Veteranenombudsman behandel ik klachten van veteranen, ook als ze gaan over instanties die geen overheid zijn, maar wel een taak uitoefenen ten aanzien van veteranen, bijvoorbeeld opleidingsinstituten en gezondheidsinstellingen. Daarnaast adviseer ik de regering en het parlement over de uitvoering van de Veteranenwet en over beleid dat een behoorlijke behandeling van veteranen raakt. En natuurlijk behandel ik klachten van veteranen en van hun familie.

    Zo stuurde Amanda* mij een brief over het graf van haar vader. Haar vader was in juni 1959 in een vliegtuig van de Marineluchtvaartdienst onderweg van Nieuw-Guinea (dat toen nog onderdeel was van het Koninkrijk der Nederlanden) naar Nederland. Het vliegtuig maakte een tussenlanding bij Goa in India, waarbij het crashte. Alle inzittenden, waaronder de vader van Amanda, kwamen om. Ze zijn begraven in Goa. De Oorlogsgravenstichting onderhoudt dit graf, evenals 50.000 graven van Nederlandse oorlogsslachtoffers.

    De stichting heeft alle oorlogsgraven op haar website vermeld. De vader van Amanda staat niet op de website, want Amanda's vader is geen oorlogsslachtoffer, omdat er vóór 15 augustus 1960 nog geen officiële oorlogshandelingen in Nieuw-Guinea waren. De vader van Amanda is dus een dienstslachtoffer. Amanda wil graag dat haar vader toch op de website wordt vermeld. Zo kan het graf van haar vader digitaal worden gevonden en zal haar vader niet vergeten worden.

    Defensie spant zich in om de oorlogsgravenstichting te overreden om het graf van Amanda's vader ook op de website te noemen. Maar de stichting weigert het. Ik vraag me af wat daar het bezwaar tegen is. De stichting onderhoudt het graf immers al en het staat ook al digitaal bij haar geregistreerd. Benoeming op de website is heel eenvoudig en geeft Amanda de erkenning die ze graag wil.

    * Gefingeerde namen
    De personen op deze foto zijn niet de personen uit deze column