Corrie* doet al jaren boodschappen bij dezelfde buurtsuper. Op een dag voert die een “laagste actieprijsgarantie in. Corrie maakt daar gretig gebruik van en ze koopt een paar blikken scherp geprijsde blikken soep. Máár, even later blijken die bij een andere supermarkt tóch goedkoper te zijn
Dus loopt de bejaarde Corrie naar de servicebalie en vraagt het prijsverschil terug. Dat is immers de actie – de buurtsuper garandeert dat het product nergens anders goedkoper is. En als dat wel zo is, krijgen de klanten het verschil in geld terug. Tot haar verbazing krijgt Corrie te horen dat ze morgen terug kan komen, omdat de supermarktmanager dan aanwezig is.
De volgende dag loopt ze in de buurtsuper richting de supermarktmanager. Maar voordat ze haar verhaal kan doen, zegt deze dat hij niet met haar wil praten en geeft haar een brief waarin staat dat ze een winkelverbod krijgt. Corrie is geschrokken en belt het contactcentrum van de supermarktketen. Die geven haar gelijk, ze hoort het prijsverschil terug te krijgen. En het winkelverbod kan niet geldig zijn, omdat de supermarkt zich niet aan de eigen regels houdt. De supermarktmanager zal haar daar nog over bellen, zegt de medewerker van het contactcentrum.
Maar na een paar dagen is ze nog steeds niet gebeld. En aangezien haar is verteld dat het winkelverbod niet geldig kan zijn, gaat ze weer naar haar vertrouwde buurtsuper. Maar tussen de schappen staan ineens twee politieambtenaren voor haar neus. Ze houden haar aan wegens het overtreden van het winkelverbod. Op het bureau moet Corrie uren wachten voordat ze wordt verhoord. Zonder iets te eten te krijgen. En als zij naar het toilet moet, wordt zij pas na een half uur bellen, schreeuwen en kloppen gehoord. De bel in het hok waar zij zat, bleek niet te werken. Na het verhoor mag Corrie eindelijk naar huis.
Een week later krijgt ze een brief van de supermarkt waarin staat dat het winkelverbod is opgeheven. Deze is ook naar de politie gestuurd met het verzoek om het bericht ook door te sturen naar het Openbaar Ministerie (OM). De politie doet dit niet, omdat zij dat niet als haar taak ziet. Wel brengt de politie de boodschap mondeling over. Corrie is boos en voelt zich benadeeld door deze gang van zaken omdat de brief niet naar het OM is doorgestuurd.
Dus dient ze een klacht in bij de politie, maar wordt daar niet veel wijzer van. Daarop vraagt ze mij om hulp. Na mijn onderzoek kom ik tot de conclusie dat Corrie te lang is vastgehouden voor zo'n licht vergrijp. Persoonlijke vrijheid moet worden gerespecteerd door de politie. En ook de verzorging heeft te wensen overgelaten. Maar de politie hoefde niet de brief door te sturen. De politie is geen postbode: Het hoofdkantoor van die buurtsuper is daarvoor zelf verantwoordelijk.
*Gefingeerde naam
De persoon op de foto is niet de persoon uit deze column