In 2015 ontving de Nationale ombudsman enkele klachten van slachtoffers van misdrijven aan wie een schadevergoedingsmaatregel was toegekend door de rechter.
Hoewel de rechter had besloten dat de veroordeelde een schadevergoeding moest betalen, hoorde deze groep slachtoffers niets van het OM en/of het CJIB.
Wat hebben de betrokken instanties ondernomen toen duidelijk werd dat het probleem bij de tenuitvoerlegging van de schadevergoedingsmaatregel op grotere schaal speelde? De Nationale ombudsman, voor wie het perspectief van de burger centraal staat, focuste daarbij op de vraag of het Ministerie van Veiligheid en Justitie (het OM/het CJIB) hierbij oog heeft gehad voor de slachtoffers.
De minister gaf aan dat het ministerie volop bezig is het proces rond de tenuitvoerlegging van strafrechtelijke beslissingen te verbeteren, waaronder de inning van de schadevergoedingsmaatregel. Hij illustreerde dit met vele voorbeelden van maatregelen die het ministerie en de betreffende uitvoeringsorganisaties hebben genomen.
In dit rapport constateert de Nationale ombudsman, met de minister, dat de aandacht met name is uitgegaan naar het realiseren van verbeteringen binnen het werkproces, en dat de proactieve communicatie naar de slachtoffers is blijven liggen.
De Nationale ombudsman deed aan de minister de aanbeveling om een concrete werkwijze te ontwikkelen om slachtoffers proactief te informeren over bijzondere ontwikkelingen die consequenties hebben voor de positie van het slachtoffer.