2012/081: Advocate klaagt dat herziening informeren bij uitzetting door DT&V rechtshulp onmogelijk maakt

Verzoekster verleent als advocaat juridische bijstand aan vreemdelingen die in vreemdelingenbewaring zitten in een Uitzetcentrum (UC). In een UC bereidt de Dienst Terugkeer en Vertrek (DT&V) de gedwongen uitzetting van deze vreemdelingen uit Nederland voor. Na het in orde maken van de benodigde reisdocumenten wordt de vlucht geboekt waarop de vreemdeling wordt teruggestuurd naar zijn land van herkomst. In december 2011 heeft DT&V, naar aanleiding van een brief van de minister voor Immigratie, Integratie en Asiel, de werkwijze over het bekendmaken van de vluchtgegevens aan de vreemdeling herzien. Voorheen deelde DT&V in de regel de informatie over de exacte vluchtgegevens aan de vreemdeling mee zodra die bij DT&V zelf bekend was. Volgens de herziene werkwijze zou die informatie, uitzonderingen daargelaten, pas 24 uur voor de geplande vlucht worden meegedeeld aan de vreemdeling. Voor verzoekster en haar collega’s vreemdelingenadvocaten bleek dit vaak te laat om nog effectieve rechtshulp te kunnen verlenen. De Nationale ombudsman oordeelde dat de werkwijze van DT&V in strijd was met het beginsel van Fair Play. Bijna gelijktijdig met het uitbrengen van het rapport van de Nationale ombudsman deed de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State uitspraak in een andere zaak over de late mededeling van de vluchtgegevens aan de vreemdeling. De Raad van State was van oordeel vreemdelingen die in vreemdelingenbewaring zitten, tijdig en adequaat moeten worden geïnformeerd over het voornemen om de uitzetting te effectueren. De Nationale ombudsman heeft er met instemming kennis van genomen dat DT&V de werkwijze nu opnieuw heeft aangepast en de advocaat van de vreemdeling nu wordt geïnformeerd over de exacte vluchtgegevens zodra die gegevens bekend zijn bij DT&V zelf.