Na ontvangst van een pakket uit Suriname constateerde verzoeker dat er een jerrycan podosiri (sap gemaakt van de açai-bes) uit het pakket was verwijderd. In het bijgevoegde formulier van de Belastingdienst/Douane stond vermeld dat de jerrycan podosiri was verwijderd omdat het na controle niet meer voor consumptie geschikt was.
Verzoeker klaagde er over dat de Belastingdienst/Douane een jerrycan podosiri uit een voor hem bestemde zending heeft verwijderd en vernietigd.
De Nationale ombudsman overwoog dat de Douane bevoegd was om de zending van goederen vanuit Suriname aan een onderzoek te onderwerpen. Van de Douane mag echter worden verwacht dat zij van haar bevoegdheden gebruik maakt op een wijze die nadelige gevolgen voor de burger zoveel mogelijk voorkomt. Aan die voorwaarde had de Douane in dit geval niet voldaan. De Douane had aangegeven dat er geen maatregelen konden worden genomen om de inhoud van de jerrycan te controleren zonder dat deze verloren zou gaan. Dat betekent naar het oordeel van de Nationale ombudsman dat de Douane op een andere wijze de belangen van de burger dient af te wegen tegen het belang van de controle. Het is in dit licht niet juist dat de Douane in eerste instantie de schade van verzoeker die het gevolg was van het verloren gaan van de podosiri niet had willen vergoeden. De Douane constateert weliswaar dat bij het uitvoeren van de controle geen regels of voorschriften waren overtreden en dat de schade daarom geen gevolg was van het onrechtmatig optreden.
De Nationale ombudsman is van oordeel dat indien een rechtmatige controle zodanig plaatsvindt dat iemand hierdoor onevenredig nadeel lijdt dit nadeel moet worden gecompenseerd. Van de Douane had daarom mogen worden verwacht dat zij verzoeker bij wijze van maatwerk direct had aangeboden de schade, in afwijking van de daarvoor kennelijk geldende beperkingen, te vergoeden.
De Nationale ombudsman oordeelde dat de onderzochte gedraging niet behoorlijk was.
