Tijdens carnaval gaat het alarm af bij verzoekster thuis. De politie komt bij verzoekster uit thuis vanwege het alarm. Op een gegeven moment wil verzoekster dat de politieambtenaren weggaan, maar de politieambtenaren weigeren verzoeksters huis te verlaten. Er ontstaat uiteindelijk een worsteling waarbij verzoekster op de grond terecht komt en geboeid wordt. Verzoekster klaagt erover dat zij de handboeien om kreeg. De Nationale ombudsman oordeelt dat verzoekster zeer agressief gedrag vertoonde waardoor er voor de politieambtenaren geen andere mogelijkheid was dan om verzoekster te boeien. Er was sprake van een noodtoestand en onder die omstandigheden is de Nationale ombudsman van oordeel dat het grondrecht op onaantastbaarheid van het lichaam voldoende is gerespecteerd. Er is geen behoorlijkheidsvereiste geschonden.
Verder klaagt verzoekster erover dat de politieambtenaren:
- haar huis zijn binnengedrongen;
-geweld tegen haar hebben gebruikt en;
-haar geboeid hebben vastgehouden in haar huis.