Verzoekster heeft een conflict met de Rabobank. Als reactie hierop bezoekt zij de Rabobank zeer frequent, ondanks dat zij verscheidene toegangsontzeggingen heeft. In deze zaak heeft de Rabobank de hulp van de politie ingeroepen, die ter plaatse is gekomen. Verzoekster is voor de keuze gesteld weg te gaan met haar scootmobiel of aangehouden te worden en met de politie mee te gaan. Verzoekster koos voor het laatste. Toen zij weer in vrijheid werd gesteld, weigerde zij het politiebureau te verlaten. Dit leidde er uiteindelijk toe dat verzoekster opnieuw werd aangehouden.
Verzoekster klaagt erover dat de politie op enig moment hardhandig geweld jegens haar heeft gebruikt, waardoor zij letsel heeft opgelopen en haar kleding en schoeisel is beschadigd en besmeurd met modder. Nu minder ingrijpende middelen geen soelaas hadden geboden, had de politie uiteindelijk geen andere keus dan het doel - verwijdering uit het politiebureau en later de overbrenging naar het arrestantencomplex - met gebruikmaking van geweldtechnieken (slepen en over de schouder meenemen) te gebruiken. Hoewel het aannemelijk is dat verzoekster hierbij blauwe plekken heeft opgelopen en niet uitgesloten kan worden dat verzoeksters schoenen en/of kleding beschadigd is geraakt, is het aangewende geweld proportioneel geweest.
Het recht op onaantastbaarheid van het lichaam is voldoende gerespecteerd. De klacht dat de politie zich niet dienstbaar heeft opgesteld, is niet gegrond.
