Verzoeker diende in 2009 een klacht in bij de klachtencommissie van Bureau Jeugdzorg over de wijze waarop hij was bejegend ten tijde van de ondertoezichtstelling van zijn dochter. De klachtencommissie achtte zijn klachten gegrond. Hierop ontving hij een brief van het bestuur van Bureau Jeugdzorg.
Verzoeker klaagde er onder meer over dat het bestuur hem in die brief geen excuses aanbood voor de gegrond verklaarde klachten.
De No overwoog dat het bestuur in de brief duidelijk aangaf wat er niet goed was gegaan en dat hij de conclusies en de aanbevelingen van de klachtencommissie overnam. Hoewel hiermee was erkend dat Bureau Jeugdzorg niet behoorlijk had gehandeld naar verzoeker toe, was het desalniettemin meer respectvol om aan verzoeker ook nog officieel excuses voor het handelen aan te bieden. Dat dit eerder langs informele weg was gebeurd, doet hieraan niet af. Door dit na te laten, achtte de Nationale ombudsman het begrijpelijk dat verzoeker de indruk had dat het bestuur hem niet serieus nam. Bureau Jeugdzorg handelde hiermee in strijd met het vereiste van correcte bejegening.
De No achtte de klacht gegrond.
Niet-treffen van maatregelen
Niet niet-ingaan op verzoek om schadevergoeding
