In rapport 2009/056 van 25 maart 2009 heeft de Nationale ombudsman geoordeeld dat het UWV een door verzoeker aangevraagd deskundigenoordeel over de re-integratie-inspanningen van zijn werkgever niet met de benodigde zorgvuldigheid heeft behandeld. In dat rapport was er - achteraf gezien ten onrechte - geen uitspraak gedaan over het deskundigenoordeel zelf.
Verzoeker klaagt erover dat het UWV ten onrechte heeft geoordeeld dat zijn werkgever voldoende re-integratie-inspanningen had geleverd.
In reactie op de klacht en de door verzoeker aangedragen argumenten heeft het UWV slechts in algemene bewoordingen gereageerd. Ook heeft het UWV enkele gronden aangevoerd tegen een onderdeel van de oorspronkelijke klacht dat in rapport 2009/056 gegrond is verklaard. De vraag is echter of het UWV met de voorhanden zijnde gegevens tot het oordeel had kunnen komen dat verzoekers werkgever voldoende re-integratie-inspanningen had geleverd. De nu gegeven toelichting van het UWV heeft de Nationale ombudsman in ieder geval niet kunnen overtuigen.
Redelijkheidsvereiste: gegrond
De Nationale ombudsman vindt het naar verzoeker toe niet correct dat het UWV in reactie op de klacht passages uit rapport 2009/056 heeft genegeerd door opnieuw argumenten aan te voeren tegen een gegrond verklaard klachtonderdeel. Om die reden zijn er twee aanbevelingen voor het UWV:
1. aanbieden van verontschuldigingen voor het negeren van een gegrond verklaard klachtonderdeel uit rapport 2009/056;
2. bij wijze van symbolische geste aan verzoeker een vorm van compensatie aanbieden die recht doet aan het feit dat het UWV niet tot afgifte van het bestreden deskundigenoordeel had mogen overgaan.