Verzoekster en haar ex-partner werden rond 19.30 uur in een supermarkt aangehouden op verdenking van winkeldiefstal en overgebracht naar het politiebureau. Hun jong minderjarige dochter was bij hen en werd ook meegenomen naar het politiebureau. Op uitdrukkelijk verzoek van moeder en dochter werd het meisje bij haar moeder in een ophoudcel ingesloten. Na het verhoor van verzoekster en Ho. werd besloten dat zij de nacht op het politiebureau moesten blijven omdat de politie de volgende ochtend nog nader onderzoek wilde doen. In overleg met verzoekster werd haar buurvrouw bereid gevonden om het meisje voor de nacht op te vangen. Het nadere onderzoek leverde geen aanvullende informatie op en verzoekster en Ho. werden met een dagvaarding heengezonden. Later werd de zaak tegen verzoekster geseponeerd.
Verzoekster klaagde erover dat de politie haar voor de nacht had vastgehouden, terwijl het politieonderzoek nog diezelfde avond afgerond had kunnen worden. Ook klaagde ze erover dat de politie haar minderjarige dochter enige uren in een politiecel had ingesloten en een zorgmelding bij Bureau Jeugdzorg had gedaan.
De Nationale ombudsman stelt voorop dat het zeer ongewenst is dat een onschuldig jong kind een aantal uur wordt ingesloten in een politiecel. Toch was dat in dit geval het beste alternatief. Verzoekster kon in eerste instantie geen opvangmogelijkheden aangeven en gaf uitdrukkelijk te kennen dat zij haar dochter bij haar wilde houden. Dit was ook de wens van het meisje zelf. Verder was er naar het oordeel van de Nationale ombudsman sprake van een redelijke verdenking en deed de politie die avond voldoende voortvarend onderzoek naar de rol van verzoekster bij de winkeldiefstal. Daarom mocht de politie besluiten om verzoekster voor de nacht vast te houden om de volgende ochtend nader onderzoek te doen. Het was belastend voor het meisje dat zij daardoor bij de buurvrouw moest logeren, maar het betekent niet dat de politie onvoldoende oog had voor haar belangen. Er was dan ook geen sprake van schending van het behoorlijkheidvereiste dat grondrechten, in dit geval het recht op persoonlijke vrijheid, moeten worden gerespecteerd.
Verder deed de politie terecht een zorgmelding bij Bureau Jeugdzorg, aldus de Nationale ombudsman. Het meisje was immers voor de tweede keer getuige was van de aanhouding van haar ouders op verdenking van winkeldiefstal en haar vader bleek bovendien beide keren ook daadwerkelijk schuldig te zijn aan dit strafbare feit. Dat verzoekster achteraf niet schuldig werd bevonden aan winkeldiefstal is voor de beoordeling van deze klacht niet relevant. Bij de afweging of een zorgmelding bij Bureau Jeugdzorg op zijn plaats is, gaat het enkel om de vraag of het zorgelijk is dat een jong minderjarig kind meerdere keren wordt geconfronteerd met zo'n situatie. De politie handelde niet in strijd met het vereiste van professionaliteit door een zorgmelding bij Bureau Jeugdzorg te doen.