2006/255

Rapport

Verzoeker had lijfrentepolissen gesloten. De premie daarvoor kwam in aanmerking voor aftrek volgens de bepalingen van de Wet inkomstenbelasting 2001. Over de jaren 2001 en 2002 had verzoeker per abuis een te laag bedrag aan premie op zijn aangiftebiljetten ingevuld. De Belastingdienst weigerde tegemoet te komen aan het verzoek de aanslagen over beide jaren ambtshalve te verminderen, omdat het verzoek daartoe niet was ingediend binnen de termijn van een jaar als bedoeld in het Besluit van 3 september 2002 van de staatssecretaris van Financiën.

Verzoeker klaagde over de weigering van de Belastingdienst om de aanslagen ambtshalve te verminderen in verband met het niet in aftrek gebrachte deel van de lijfrentepremies.

De Nationale ombudsman overwoog dat het Besluit van de staatssecretaris om de herzieningstermijn te beperken tot een jaar was ingegeven door de mogelijkheid van misbruik. Dit mogelijke misbruik bestond hieruit dat belastingplichtigen mogelijk op grond van het rendement van hun lijfrentepolis hun keus voor aftrek van de premies, en daarmee hun keus voor belastbaarheid van de te ontvangen termijnen, achteraf zouden herzien. De Nationale ombudsman achtte toepassing van het Besluit in het geval van verzoeker in strijd met de redelijkheid. Er was niet gebleken van aanwijzingen dat sprake zou zijn van het bovenbedoelde misbruik door verzoeker. De gevolgen voor verzoeker van de niet-aftrekbaarheid van een deel van de premies waren daarom onevenwichtig: een (niet door hem zelf te berekenen) deel van de polissen zou voortaan belast zijn in box 3 en een (evenmin door hem zelf te berekenen) deel van de termijnen zou te zijner tijd onbelast kunnen blijven.

De Nationale ombudsman achtte de klacht gegrond wegens schending van het redelijkheidsvereiste.

De Nationale ombudsman deed de aanbeveling de betrokken aanslagen alsnog ambtshalve te herzien.

Instantie: Belastingdienst/Haaglanden/kantoor Gouda

Klacht:

Afwijzend beslist op verzoekers verzoek om de opgelegde aanslagen inkomstenbelasting/ premie volksverzekeringen alsnog de betaalde premies lijfrente in aftrek toe te staan.

Oordeel:

Gegrond