Een arrestatieteam (AT) hield verzoeksters zoon Y aan. Hierbij maakte het AT gebruik van de bean-bag-munitie. Y raakte hierbij gewond. Verzoekster klaagt erover dat het arrestatieteam op haar zoon heeft geschoten met zogenoemde bean-bag- dan wel stun-bag-munitie.
Het gebruik van (vuurwapen)geweld op personen betekent een inbreuk op het recht op onaantastbaarheid van het menselijk lichaam.
Het staat vast dat de bean-bag-munitie en het vuurwapen waarmee die munitie kan worden afgeschoten beide niet behoren tot de wettelijk toegestane bewapening van een AT. Gelet op het voorgaande is de Nationale ombudsman met de minister van Justitie van oordeel dat het gebruik van de bean-bag-munitie en het daarbij behorende wapen strikt genomen onrechtmatig is geweest. Echter, in dit geval was sprake van een situatie waarbij het gebruik van (toegewezen) vuurwapens met scherpe munitie tegen verzoeksters zoon wel was toegestaan. Verzoeksters zoon maakte zich toen onder meer schuldig aan een misdrijf waarop naar de wettelijke omschrijving een gevangenisstraf van vier jaren of meer is gesteld, en dat, mede gelet op de wijze waarop verzoeksters zoon dat ten uitvoer bracht, een ernstige aantasting van de lichamelijke integriteit of de persoonlijke levenssfeer vormde. Voorts trachtte hij zich te onttrekken aan zijn aanhouding, althans werkte hij niet mee aan beëindiging van de situatie.
Het AT kon redelijkerwijs overgaan tot het daadwerkelijke gebruik van de bean-bag-munitie tegen verzoeksters zoon. Hierbij speelt ook een rol dat de politie heeft getracht door middel van onderhandelingen met verzoeksters zoon de gebeurtenis te beëindigen en heeft overwogen met minder ingrijpende (gewelds)middelen de situatie te beëindigen. Pas toen die mogelijkheden niet bruikbaar bleken, is overgegaan tot de daadwerkelijke inzet van de bean-bag-munitie. Met inachtneming van het oordeel dat deze munitie en het bijbehorende wapen niet behoorden tot de voorgeschreven uitrusting van het AT, wordt evenwel geoordeeld dat de politie het recht op onaantastbaarheid van het menselijk lichaam niet heeft geschonden door onder de omstandigheden van het geval tot de inzet van de bean-bag-munitie over te gaan. De onderzochte gedraging is in zoverre behoorlijk.
Overige klachtonderdelen
het aantal afgevuurde schoten;
de toestemming van de hoofdofficier van justitie te Utrecht tot het gebruik van de bean-bag.
