Verzoeker klaagt erover dat de Visdadienst van het Ministerie van Buitenlandse Zaken, ondergebracht bij de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) hem in augustus 2004 meedeelde dat een verzoek om advies tbv een nog in te dienen mvv-aanvraag volledig gedocumenteerd ingediend moest worden. Omdat er een beleidswijziging ingevoerd zou worden die voor hem nadelig was heeft verzoeker verschillende keren telefonisch bij de Visadienst geïnformeerd over de noodzaak daarvan. Verzoeker kon de aanvraag niet compleet indienen zolang zijn huwelijksakte nog niet was ingeschreven in de gemeente. Inschrijving was echter pas mogelijk na controle door het Koppelingsbureau van de IND van zijn huwelijksakte. In verband met achterstand bij het Koppelingsbureau van de IND nam de controle van verzoekers huwelijksakte vier weken langer in beslag genomen dan de geplande vier weken. Verzoeker heeft het verzoek uiteindelijk pas kunnen indienen nadat het nieuwe beleid al was ingevoerd. De Visadienst heeft het advies negatief beoordeeld omdat verzoeker niet voldeed aan de voorwaarden van het sinds 1 november 2004 geldende beleid.
De Nationale ombudsman is van mening dat de Visadienst de achterstanden bij het Koppelingsbureau niet voor rekening mocht laten komen van verzoeker. Hieruit volgt dat de Visadienst het verzoek had moeten behandelen conform het vóór 1 november 2004 geldende beleid.
De Visadienst heeft gehandeld in strijd met het beginsel van fair play.
Der onderzochte gedraging is op dit punt niet behoorlijk.
De Nationale ombudsman heeft de ministers van Buitenlandse Zaken en de minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie de aanbeveling gedaan om er voor te zorgen dat de Visadienst verzoekers verzoek om advies alsnog behandeld volgens het vóór 1 november 2004 geldende beleid.