2006/108

Rapport

Verzoeksters broer was aangehouden en ingesloten op het politiebureau. Samen met haar schoonzus ging zij naar het politiebureau omdat zij meer informatie wilden over de reden van de aanhouding.

Verzoekster klaagt erover dat de politie haar en haar schoonzus verzocht het terrein rond het politiebureau te verlaten en dreigde hen aan te houden als zij niet zouden vertrekken.

De Nationale ombudsman overwoog dat ingevolge artikel 138 Sr een ieder zich op vordering van de rechthebbende aanstonds dient te verwijderen van diens erf, indien hij zich wederrechtelijk op dat erf bevindt. Ook overwoog de Nationale ombudsman dat het strafbaar is om niet te voldoen aan een bevoegd gegeven ambtelijk bevel.

De Nationale ombudsman oordeelde dat verzoekster en haar schoonzus de toegang tot het politiebureau mocht worden ontzegd. Om die reden was het niet in strijd met het redelijkheidsvereiste om gebruik te maken van de in artikel 138 Sr vastgelegde bevoegdheid om van de vrouwen te vorderen het terrein rond het politiebureau te verlaten. Hierbij was van belang dat de aanwezigheid van de vrouwen op het terrein mogelijk storend was voor de aanwezige personen. Verder achtte de Nationale ombudsman het niet onjuist dat de politie de beide vrouwen er tevens op heeft gewezen dat zij konden worden aangehouden als zij niet zouden voldoen aan de vordering om het terrein te verlaten. De klacht was niet gegrond.

Verder klacht over informatieverstrekking; de Nationale ombudsman oordeelde dat de politie verzoekster en haar schoonzus voldoende heeft geïnformeerd over (de reden van) de aanhouding van verzoeksters broer.

Ook klacht over feit dat politie verzoekster en haar schoonzus de toegang tot het politiebureau heeft ontzegd was niet gegrond omdat het politiebureau op dat moment gesloten was voor publiek, en omdat verzoekster in politiebureau wilde wachten om meer informatie te krijgen over de aanhouding van haar broer terwijl de politie niet verplicht was deze informatie te geven.

Instantie: Regiopolitie Zeeland

Klacht:

Wijze van bejegenen verzoekster en haar schoonzus toen zij op het politiebureau navraag deden naar verzoeksters broer die kort daarvoor was aangehouden: verzoekster niet willen informeren over de reden van de aanhouding, verzoekster niet binnengelaten, verzoekster verzocht te vertrekken en gedreigd verzoekster aan te houden indien zij niet zou vertrekken.

Oordeel:

Niet gegrond