Het Wetterskip Fryslan legde aan een man in de periode 2016 tot en met 2023 onterecht aanslagen zuiveringsheffing op. Dit gebeurde ook bij anderen (zo'n 600 personen). Het Wetterskip nam hierover zelf contact op met de man. En betaalde in lijn met haar beleid over een periode van vijf jaar de onterechte heffing terug. De man is het er niet mee eens dat het Wetterskip niet over de volledige periode van acht jaar terugbetaalt.
Wat hier speelt, is dat het huishoudelijk afvalwater lokaal wordt gezuiverd met een IBA-systeem (Individuele Behandeling van Afvalwater). Dat is een minizuivering voor afvalwater dat op percelen zonder rioolaansluiting wordt aangesloten. De gemeente waar de man woont, is de eigenaar van de IBA. Als gevolg van een samenwerkingsovereenkomst tussen de gemeente en het Wetterskip betaalde de man voor de IBA zuiveringsheffing aan het Wetterskip. De gemeente verzorgde het onderhoud. En het Wetterskip betaalde vanuit de zuiveringsheffing daarvoor een bijdrage aan de gemeente.
De samenwerkingsovereenkomst eindigde per 2016. Daarmee stopte de reden voor het opleggen van de aanslagen zuiveringsheffing door het Wetterskip. Wel is de samenwerking en daarmee het onderhoud op de oude voet doorgegaan in de jaren tot en met 2019. Het Wetterskip heeft in die periode de onderhoudsbijdrage vanuit de geïnde zuiveringsheffing aan de gemeente betaald.
Voor de Nationale ombudsman is de in het beleid vastgelegde termijn van vijf jaar het uitgangspunt. Deze termijn sluit aan bij de termijn die de Rijksbelastingdienst voor ambtshalve vermindering/teruggaaf gebruikt. Het modelbeleid van de Unie van Waterschappen en de VNG (Vereniging van Nederlandse Gemeenten) gaat ook uit van de termijn van vijf jaar. De ombudsman vindt het begrijpelijk dat termijnen worden gebruikt. Op enig moment moet het belastingjaar worden afgesloten. De ombudsman vindt de termijn van vijf jaar niet onredelijk. Ook vindt de ombudsman dat in dit bijzondere geval geen ruimere termijn gebruikt had moet worden voor de teruggaaf van belasting. Hoewel dat wel denkbaar was geweest is het niet 'onbehoorlijk' dat dit niet is gedaan. Dit geval onderscheidt zich niet van andere situaties waarin de vijfjaarstermijn de terugbetaling beperkt. Dat is een voorzienbaar effect van het hanteren van een termijn. Dat de man geen verwijt kan worden gemaakt dat hij niet zelf eerder aan de bel trok en het initiatief tot de teruggaaf van het Wetterskip zelf kwam, maakt dit niet anders.
Dat betekent dat het Wetterskip mocht beslissen om de teruggave van de onterecht geheven zuiveringsheffing te beperken tot vijf jaar.