Politie weigert ten onrechte klachtbehandeling door onafhankelijke klachtencommissie

Brief

Na een incident op school heeft de politie een minderjarige jongen meegenomen naar het politiebureau. Daar komt de jongen tot rust en voert de politie een gesprek met hem. De moeder van de jongen ontdekt dat hij op het politiebureau is. Zij klaagt dat zij niet direct is geïnformeerd toen haar zoon naar het politiebureau werd meegenomen.

De politie neemt de klacht in behandeling en organiseert een bemiddelingsgesprek met de moeder en een aantal van de betrokken agenten. Dat gesprek verloopt niet goed. Eén van de aanwezige agenten wordt boos tijdens het gesprek. De politie biedt daarvoor excuses aan. Vervolgens laat de politie de moeder weten dat haar klacht niet verder in behandeling wordt genomen. Volgens de politie heeft zij daar onvoldoende belang bij. De klacht wordt daarom niet voorgelegd aan de onafhankelijke klachtencommissie.

Bij de ombudsman klaagt de moeder over de klachtbehandeling door de politie. De ombudsman vindt de klacht gegrond. Een klacht kan niet meer buiten behandeling worden gesteld vanwege onvoldoende belang nadat een overheidsinstantie is begonnen met de inhoudelijke behandeling van de klacht. In dit geval heeft de politie een bemiddelingsgesprek georganiseerd en in verschillende brieven geoordeeld dat de betrokken politiemedewerkers goed hadden gehandeld. De ombudsman heeft de politie daarom dringend verzocht om de klacht van de moeder alsnog voor te leggen aan de onafhankelijke klachtencommissie. De ombudsman vindt het namelijk belangrijk dat politie de klacht eerst zelf volledig behandelt.