Nadat de werkgever van meneer een deskundigenoordeel had aangevraagd, werd meneer hier per brief over geïnformeerd. Uit deze brief bleek vervolgens niet duidelijk dat zijn werkgever deze aanvraag had gedaan. Ook waren een kopie van de aanvraag met de bijbehorende bijlagen niet bijgevoegd. Hierdoor was meneer niet goed voorbereid op het gesprek met de arbeidsdeskundige toen deze belde.
Meneer diende hierover vervolgens een klacht in bij het UWV. Hierin vermeldde hij ook dat de arbeidsdeskundige er geen rekening mee heeft gehouden dat zijn werkgever twee belangrijke documenten te laat had opgesteld. En dat zijn ziekmelding veel te laat was doorgegeven.
In reactie op de klacht gaf het UWV toe dat de verstuurde brief over de aanvraag onduidelijk was. Verder lichtte het UWV toe hoe het deskundigenoordeel tot stand is gekomen. En concludeerde UWV dat er geen reden is om het deskundigenoordeel te aan te passen, zoals meneer het UWV had gevraagd. Omdat meneer zich niet kon vinden in deze reactie nam hij contact op met de Nationale ombudsman.
De Nationale ombudsman doet onderzoek naar zijn klacht. En stelt vast dat het UWV meneer onvoldoende heeft geïnformeerd over de aanvraag van een deskundigenoordeel door zijn werkgever. Ook had meneer een kopie van de aanvraag van het deskundigenoordeel en de bijlagen moeten ontvangen. Op dit punt is de klacht van meneer dan ook gegrond.
Ook merkt de ombudsman op dat hij kan begrijpen dat meneer graag had gezien dat de arbeidsdeskundige meer aandacht had besteed aan de te laat opgemaakte stukken. Dit leidt er niet toe dat de klacht op dit punt ook gegrond is. Het UWV heeft namelijk in de klachtafhandelingsbrief voldoende uitgelegd hoe het op dit punt tot zijn oordeel is gekomen.