Verzoeker wordt aangehouden wegens rijden onder invloed en wegens bedreiging. Dat gaat niet van een leien dakje. Een paar dagen nadien meldt hij zich bij het ziekenhuis omdat hij last heeft van pijn op de borst.
Verzoeker klaagt erover dat door politieambtenaren van – voorheen - het regionale politiekorps Fryslân buitensporig geweld tegen hem is gebruikt waardoor hij een breuk in zijn borstbeen heeft opgelopen.
De breuk aan het borstbeen staat vast. Het lijkt aannemelijk dat die breuk door het handgemeen is ontstaan. Het kan echter ook het gevolg zijn van een ongelukkige samenloop van omstandigheden. Ook is denkbaar dat verzoeker de breuk al eerder heeft opgelopen. Indien - zoals de politie stelt - verzoeker in de buik of de zij is gestompt om het boeien ondanks verzet mogelijk te maken, zou dat proportioneel geweld zijn.
Volgens de verklaringen van de politieambtenaren is het ook zo gebeurd. Zij geven hiervoor ook een aannemelijke verklaring: op deze manier wilden zij bereiken dat verzoeker naar voren boog zodat zijn armen op zijn rug geboeid konden worden. Dan ligt het niet voor de hand dat verzoeker de breuk heeft opgelopen als gevolg van het gebruik van geweld teneinde hem te boeien. Al met al lijkt het erop dat de breuk van het borstbeen niet het gevolg is geweest van bewust gebruikt geweld door verzoeker op de borst te slaan of te stompen, maar mogelijk het gevolg van een ongelukkige samenloop van omstandigheden tijdens de schermutselingen. De gedraging is behoorlijk.
Respecteren van grondrechten – recht op onaantastbaarheid van het lichaam.
