Een man en zijn echtgenote waren het niet eens met de handelwijze van een accountant. Zij dienden daarom een klacht in bij de Klachtencommissie, die klachten over accountant- administratieconsulenten en registeraccountants behandelt. Naar aanleiding van deze klacht werd er een hoorzitting gepland. De man en zijn echtgenote waren niet tevreden over het verloop van de hoorzitting. Zij klaagden hierover bij de Nederlandse Beroepsorganisatie van Accountants (de NBA).
De NBA gaf een reactie en legde uit welke klachtonderdelen hij wel en niet kon behandelen en wat zijn oordeel was. De man en zijn echtgenote waren het niet eens met het antwoord van de NBA. Ze namen daarom contact op met de Nationale ombudsman.
De Nationale ombudsman doet onderzoek naar de klacht. Hij stelt vast dat hij alleen een oordeel kan geven over de klachtbehandeling door de NBA. Hij vindt dat de NBA uitgebreid is ingegaan op hoe hij bij de verschillende klachtonderdelen tot zijn oordeel is gekomen. Wel constateert de ombudsman dat de klachtbehandeling langer heeft geduurd dan wenselijk is. Dit vindt hij in dit geval wel begrijpelijk.