GBLT gaf ten onrechte geen kwijtschelding vanwege aanwezig smartengeld

Brief

De Nationale ombudsman ontving drie klachten over het GBLT. Het GBLT regelt de belastingzaken voor een aantal gemeentes en waterschappen. De mensen die de klachten indienden waren het niet eens met beslissingen van het GBLT over kwijtschelding van belastingen.

Het GBLT had de aanvraag om kwijtschelding van deze mensen afgewezen, omdat zij genoeg geld op de bankrekening hadden om de belasting te betalen. Zij waren het er niet mee eens. Het geld op hun bankrekening was namelijk (gedeeltelijk) afkomstig van ontvangen smartengeld. Smartengeld is een vergoeding voor "immateriële schade". De mensen die de klachten indienden hadden smartengeld gekregen. Zij vonden het niet redelijk dat zij daarvan de belasting aan GBLT moesten betalen.

De Nationale ombudsman behandelde de drie klachten samen. In zijn onderzoek wees hij het GBLT op dit eerdere rapport (2014/025). Daarin ging het over een vergelijkbare situatie.

Een mevrouw had smartengeld gekregen omdat zij bij een ongeluk gewond was geraakt. Zij wilde het geld bewaren, omdat zij het door de gevolgen van het ongeluk later misschien nog nodig zou hebben voor hulpmiddelen. De Nationale ombudsman vond het niet redelijk dat ontvangen smartengeld direct moet worden gebuikt voor verplichtingen als de belastingen. Hij vond dat smartengeld bij aanvragen om kwijtschelding een tijd niet mee moeten tellen. Daarbij zijn onkosten die misschien komen geen voorwaarde. Anders dan bij een "normale" schadevergoeding (vergoeding voor materiële schade) is een immateriële schadevergoeding niet gekoppeld aan kosten die moeten worden betaald. Dat 'niet meetellen' geldt in elk geval voor méér dan één jaar. Overheidsinstanties moeten mensen in zo'n situatie laten weten hoe lang het smartengeld niet meetelt als vermogen. Het verdient aanbeveling om op dit punt beleid te maken dat ook bekend wordt gemaakt aan het publiek. Volgens de Nationale ombudsman voldeden de beslissingen van het GBLT niet aan wat hij in het rapport had geschreven.

Het GBLT nam tijdens het onderzoek van de Nationale ombudsman nieuwe beslissingen; in alle drie de gevallen volgde alsnog kwijtschelding van één of meer aanslagen. De nieuwe beslissingen voldeden volgens de Nationale ombudsman aan rapport 2014/025. De Nationale ombudsman beëindigde zijn onderzoekDe Nationale ombudsman vindt de klacht over het GBLT gegrond.