De Nationale ombudsman stelt veel onderzoeken in. Hoe wordt zo’n onderzoek aangepakt? Een kijkje achter de schermen aan de hand van het onderzoek ‘Kopzorgen van Caribische studenten’.
De onderzoeken van de Nationale ombudsman vallen uiteen in twee categorieën: onderzoeken naar aanleiding van individuele klachten en onderzoeken die uit eigen beweging worden ingesteld.
Caribische studenten
Het onderzoek ‘Kopzorgen van Caribische studenten’ naar de problemen van studenten uit het Caribisch deel van het Koninkrijk, is een voorbeeld van een onderzoek dat de Nationale ombudsman uit eigen beweging is gestart. Via verschillende kanalen kreeg hij te horen dat deze studenten tegen diverse problemen aanlopen. Deze signalen waren voor de ombudsman reden om uit te zoeken wat er precies aan de hand was.
Onderzoeksopzet
Annemarie Tuzgöl heeft bij de ombudsman leidinggegeven aan tientallen onderzoeken. Zij was ook projectleider van het onderzoek ‘Kopzorgen van Caribische studenten’. Samen met drie onderzoekers heeft zij onderzocht tegen welke problematiek de studenten aanlopen als zij in Nederland (gaan) studeren of in Nederland hebben gestudeerd. Ze licht toe hoe je zo’n onderzoek aanpakt.
“Allereerst moet je de vraagstelling scherp hebben: wat wil je precies te weten komen? Waar lopen deze (oud)studenten in de praktijk tegenaan, waar zitten de dilemma’s en wat zijn de mogelijke oplossingsrichtingen? Vervolgens hebben we daar heldere doelstellingen aan gekoppeld. Uiteindelijk wil je dat het onderzoek effect heeft en dat de situatie verbetert, in dit geval van de Caribische studenten. Ons doel is niet alleen knelpunten agenderen, het is belangrijk dat wij – vanuit het burgerperspectief bezien – aangeven hoe het volgens ons beter kan.”
Enquête en focusgroep
“Voor dit onderzoek hebben we samen met een onderzoeksbureau een vragenlijst uitgezet onder Caribische studenten die in Nederland studeren of in Nederland hebben gestudeerd. In totaal hebben 624 studenten deze vragenlijst volledig ingevuld. Daarnaast is er een aantal focusgroepgesprekken met Caribische studenten georganiseerd, waarin dieper op de problematiek is ingegaan.”
Vele gesprekspartners
Behalve met de studenten, hebben de onderzoekers ook met heel veel verschillende organisaties en instanties gesproken. Om te beginnen met medewerkers van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. Ook werd gepraat met Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO), de Sociale Verzekeringsbank (SVB), de Rijksdienst voor Identiteitsgegevens (RvIG), de Zorgverzekeringslijn, Kences, Stichting DUWO, SSH Student Housing. En daarnaast met organisaties die Caribische studenten begeleiden en ondersteunen, zoals het Arubahuis, Stichting Studiefinanciering Curaçao (SSC), TuranGoeloe, Unified St. Maarten Connection (USC), WeConnect, Vereniging Levende Talen Papiaments, HvAnti en Stichting Kompas For Students. Ook hebben de onderzoekers webinars bijgewoond. Verder zijn er relevante beleidsdocumenten, Kamerstukken en rapporten in dit onderzoek betrokken. De Nationale ombudsman heeft ook samenwerking gezocht met de ombudsmannen van Curaçao en St. Maarten. Het onderzoek is afgesloten met twee rondetafelgesprekken.
Opvolging
In het rapport, dat ook in het Papiaments en het Engels is vertaald, staat een aantal pittige conclusies en aanbevelingen beschreven. Hoe voorkom je dat zo’n rapport in een diepe bureaulade verdwijnt?
“Wij monitoren steeds meer wat er met de aanbevelingen uit onze rapporten is gedaan”, zegt Annemarie Tuzgöl. “Dat doen we bijvoorbeeld door na enige tijd weer een rondetafelgesprek te organiseren met alle betrokkenen en te bespreken wat er daadwerkelijk is verbeterd. Of we zorgen dat we met instanties om tafel gaan. Als zij constateren dat er te weinig is gebeurd, dan kan het zomaar zijn dat we een terugblik-onderzoek instellen. Op die manier houden we de druk erop en verzekeren we ons ervan dat het rapport op de (politieke) agenda blijft.”
Caribische studenten in de knel
Ieder jaar beginnen ongeveer 1.600 jongeren uit Curaçao, Aruba, St. Maarten en Caribisch Nederland vol goede moed aan een studie in Nederland. Helaas lopen veel studenten tegen allerlei blokkades aan en halen zij daardoor de eindstreep niet. De Nationale ombudsman onderzocht de knelpunten die deze jonge talenten ervaren in Nederland.
Vaak gaat het al in de voorbereiding mis en eenmaal in Nederland lopen de Caribische studenten tegen hindernissen aan, zowel bij praktische zaken als huisvesting, zorgverzekering en de studie, maar vooral ook op cultureel vlak. Er is weinig aandacht bij docenten of medestudenten voor de specifieke problemen van deze groep Nederlandse studenten. Na afloop van hun studie blijven ze vaak zitten met een problematische studieschuld.
Oproep
De Nationale ombudsman, Reinier van Zutphen, doet een oproep aan de overheden binnen het Koninkrijk om de knelpunten waar Caribische studenten tegenaan lopen weg te nemen.
Van Zutphen: “Deze jonge talenten zijn van groot belang voor de toekomst van de eilanden. Het is belangrijk dat hun studie in Nederland een positieve basis vormt voor een succesvolle carrière thuis of in Nederland. Daarom is soms net dat extra steuntje in de rug nodig. (Overheids)instanties kunnen er niet zonder meer van uitgaan, dat zij volledig zelfredzaam zijn en weten hoe de complexe Nederlandse samenleving werkt.”
In gesprek met Caribische studenten
Naar aanleiding van dit onderzoek ging de Nationale ombudsman samen met minister Ingrid van Engelshoven tijdens een online ontbijt in gesprek met Caribische studenten in Nederland.
Ombudsagenda
De onderwerpen waar de ombudsman extra zichtbaarheid aan wil geven, staan op de Ombudsagenda die ieder jaar wordt opgesteld. In 2020 richtten de Nationale ombudsman, de Kinderombudsman en de Veteranenombudsman zich op vijf thema’s: Fundamentele rechten, Participatie en invloed, Toegang tot voorzieningen, Armoede en Leefbaarheid.
Hier vindt u de ombudsagenda's van 2020 en 2021.
Digitaal jaarmagazine
Dit artikel is op 11 mei 2021 verschenen in het digitaal jaarmagazine van de Nationale ombudsman. Hier kunt u het gehele magazine lezen.