De politie treedt binnen in verzoeksters huis, houdt een aantal verdachten aan en neemt een aantal spullen in beslag die mogelijk zijn gestolen bij een bedrijfsinbraak. Verzoekster stelt dat de politie ook andere spullen in beslag heeft genomen, waaronder sieraden van haar overleden moeder. Op haar verzoek om deze terug te krijgen krijgt zij geen reactie. Zij dient beklag in bij de rechtbank, en de rechtbank gelast tot teruggave.
Verzoekster klaagt erover dat het arrondissementsparket Limburg geen gevolg geeft aan de last tot teruggave van de sieraden.
Strikt genomen is verzoeksters klacht gegrond, nu teruggave achterwege is gebleven. De minister stelt echter dat er geen sieraden in beslag zijn genomen. Op basis van alle stukken acht de No dit aannemelijk. Wel zet hij vraagtekens bij de manier waarop met deze zaak is omgegaan en toetst de klacht van verzoekster aan het vereiste van goede voorbereiding. Dit vereiste houdt onder andere in dat de overheid alle informatie die van belang is om een weloverwogen beslissing te nemen, verzamelt.
Uit de uiteenzetting van de minister blijkt dat de bij de behandeling van verzoeksters beklag betrokken officieren van justitie zich niet of nauwelijks in de zaak hebben verdiept en dat onderzoek bij de politie naar de gang van zaken destijds niet heeft plaatsgevonden. Evenmin is naar aanleiding van verzoeksters verzoek om schadevergoeding alsnog een onderzoek ingesteld. Dat is eerst gebeurd in het kader van dit onderzoek. Alles overziend heeft het aan een goede voorbereiding in deze zaak totaal ontbroken. De gedraging is niet behoorlijk. De minister schrijft dat de gang van zaken geen schoonheidsprijs verdient. Het valt te betreuren dat de minister daarbij achterwege laat om voor de nalatigheid van het OM destijds verontschuldigingen aan te bieden.
Goede voorbereiding.