2005/255

Rapport

Op 11 maart 2003 verzocht verzoeker IBS met een Formulier Financiële Positie om kwijtschelding van de terugvordering teveel ontvangen huursubsidie over de periode 1989 tot en met 1992. In reactie op het door verzoeker ingediende formulier verzocht IBS verzoeker bij brief van 8 april 2003 ontbrekende gegevens te verstrekken. Indien verzoe­ker niet binnen twee weken zou reageren, dan zou met betrekking tot de terugvordering geen rekening worden gehouden met zijn individuele financiële situatie. Omdat volgens IBS de gevraagde gegevens niet waren ontvangen werd op 21 augustus 2003 besloten tot het volledig verrekenen van de toekenning huursubsidie vanaf 1 januari 2003. Hierte­gen maakte verzoeker op 9 september 2003 bezwaar. Bij brief van 22 januari 2004 deelde IBS verzoeker mee dat het niet mogelijk was om bezwaar aan te tekenen tegen de brief van 21 augustus 2003.

Verzoeker klaagde over de lange duur van de behandeling door IBS van het ingediende Formulier Financiële Positie.

De Nationale ombudsman overwoog dat blijkens de brief van 21 augustus 2003 de reden om geen rekening te houden met verzoekers finan­ciële situatie was gelegen in het feit dat hij niet had voldaan aan het verzoek van 8 april 2003. Indien dit naar het oordeel van IBS het geval was, dan had IBS ingevolge artikel 4:5 van de Awb het besluit om het Formulier Financiële Positie niet te behandelen moeten nemen binnen vier weken nadat de gestelde termijn om aanvullende gegevens te verstrekken was verstreken. Indien het echter de bedoeling was om het Formulier Financiële Positie wel in behandeling te nemen, maar het verzoek om bij de terugbetaling rekening te houden met bijzondere omstandigheden af te wijzen, dan had IBS, nu in de Huursubsidiewet op dit punt geen termijn is bepaald, een beslissing moeten nemen binnen de redelijke termijn van artikel 4:13 van de Awb. Door echter pas op 21 augustus 2003 een beslissing te nemen had IBS gehandeld in strijd met het vereiste van voortvarendheid.

Voorts overwoog de Nationale ombudsman dat IBS in de beslissing van 21 augustus 2003 ingevolge artikel 3:45 van de Awb melding had moeten maken dat tegen die beslissing bezwaar kon worden gemaakt. Nu dit niet was gebeurd heeft IBS gehandeld in strijd met het beginsel van fair play.

Overige klachtonderdelen:

behandelingsduur bezwaarschriften

Instantie: Directie Informatie, Beheer en Subsidieregelingen

Klacht:

Lange behandelingsduur van door verzoeker ingediende ingediende Formulieren Financiële Positie; lange behandelingsduur van verzoekers bezwaarschriften.

Oordeel:

Gegrond