Verzoekster hield een eenpersoonsprotest bij het Binnenhof en de ingang van de Tweede Kamer. Zij was verkleed en droeg een masker. De politie vroeg haar zich te identificeren. Verzoekster is het hier niet mee eens. Volgens haar is het houden van een protestactie nog geen reden om naar een identiteitsbewijs te vragen, terwijl voor een solo-actie geen kennisgeving ingevolge de Wet openbare manifestaties nodig is.
De Nationale ombudsman overwoog onder verwijzing naar een uitspraak van het Hof te Den Haag dat de politie een zekere vrijheid heeft bij het bepalen van de noodzaak om in verband met de uitoefening van de politietaak personen te vragen zich te identificeren. Verzoekster bevond zich op locaties met een verhoogd veiligheidsrisico, waar uit veiligheidsoverwegingen eerder aanleiding is om de identiteit van personen te achterhalen. Nu verzoekster onherkenbaar was, was het niet onredelijk dat haar werd gevraagd zich te identificeren. Daaraan doet niet af dat zij gebruik maakte van het recht om haar mening te uiten. Niet aannemelijk geworden dat de politie naar haar identiteit vroeg omdat zij een protestactie hield of omdat zij haar actie niet had aangemeld. De politie heeft niet gehandeld in strijd met het verbod van misbruik van bevoegdheid.