Tussen verzoeker en zijn buren bestaat een geschil over de duiven van zijn buren. In een poging te bemiddelen tussen beide partijen ging politieambtenaar F., wijkagent bij het regionale politiekorps Limburg Zuid , op 21 april 2007 naar verzoekers woning. Via een deur ging hij de woning binnen. De woning van verzoeker bestaat uit een werkplaats en de woning zelf. Politieambtenaar F. kwam bij binnenkomst uit op de werkplaats. Verzoeker klaagt erover dat politieambtenaar F. zonder zijn toestemming en zonder machtiging zijn huis is binnengetreden, hem heeft geïntimideerd en bedreigd door hem mee te delen dat hij "naar de gevangenis gaat" en dat hij "in elkaar geslagen zou worden" of woorden van die strekking en zonder hem hiervan op de hoogte te stellen, een geluidsopname heeft gemaakt van de hoorzitting bij de klachtencommissie.
De Nationale ombudsman juicht het toe dat een bestuursorgaan probeert te bemiddelen in dergelijke situaties. In dit geval was de aanpak van de wijkagent wat ongelukkig en heeft het uiteindelijk niet bijgedragen tot een oplossing van het burenconflict maar heeft het de zaak zelfs verder geëscaleerd. Het optreden van de wijkagent was nogal doortastend. De Nationale ombudsman is daarbij van oordeel dat door hem bij het binnentreden en het maken van de opname van de hoorzitting grenzen zijn overschreden. Wat betreft de opname van de hoorzitting oordeelde de Nationale ombudsman dat het maken van een geluidsopname van een hoorzitting van een klachtencommissie door een daar aanwezige ambtenaar zonder dat kenbaar te maken aan de klachtencommissie en de overige deelnemers aan die hoorzitting strijdig is met de normen van fatsoen. Het had op de weg van politieambtenaar F. gelegen hiervan mededeling te doen en aan de klachtencommissie toestemming te vragen. Nu dit niet is gebeurd, heeft hij hiermee gehandeld in strijd met het vereiste van correcte bejegening.
Vereiste van correcte bejegening: niet behoorlijk
Huisrecht: niet behoorlijk
