Ambtenaren van het regionale politiekorps Utrecht traden verzoeksters woning binnen omdat verzoekster ervan werd verdacht een hennepplantage in haar woning te hebben. De politie trof niets aan.
Verzoekster klaagde erover dat de politie haar heeft verdacht van het houden van een hennepplantage.
De politie had de verdenking gebaseerd op een anonieme melding dat er zich in verzoeksters woning een hennepplantage zou bevinden. De Nationale ombudsman was van mening dat de politie een aantal onderzoekshandelingen had laten liggen, die van belang zijn voor het beantwoorden van de vraag of er sprake was van een redelijk vermoeden van schuld. Zo was bijvoorbeeld het stroomverbruik van de woning niet opgevraagd en was er geen onderzoek uitgevoerd naar geluid als gevolg van mechanische ventilatie. Het had in de rede gelegen dat de politie uitvoeriger onderzoek had uitgevoerd alvorens verzoekster als verdachte aan te merken.
De politie had gehandeld in strijd met het vereiste van actieve en adequate informatieverwerving.
Verzoekster klaagde er tevens over dat de politie had geweigerd de schade aan haar deur en twee manden te vergoeden die was ontstaan door de inval in haar woning.
Nu de stellingen van de politie niet eensluidend waren, het verslag van binnentreden ontbrak en verzoekster had aangegeven dat het schadebedrag relatief laag was, gaf de Nationale ombudsman verzoekster het voordeel van de twijfel en ging hij ervan uit dat de politie de gestelde schade had veroorzaakt. Aangezien er bij het binnentreden geen machtiging tot binnentreden was getoond, was de Nationale ombudsman van mening dat de schade niet in grote mate aan verzoekster zelf te wijten was. Wanneer er wel een machtiging was getoond, was de kans groot geweest dat verzoekster de deur geheel had geopend en dat zij de politieambtenaren had binnengelaten. Het was dan ook niet juist dat de politie verzoeksters schadeclaim had afgewezen.
De politie had in strijd met het redelijkheidsvereiste gehandeld.
De Nationale ombudsman deed de korpsbeheerder de aanbeveling de door verzoekster gelede schade alsnog te vergoeden.
Verzoekster klaagde er ook over dat de politie haar woning was binnengetreden en dat de hulpofficier van justitie hiertoe een machtiging tot binnentreden had afgegeven. Deze klachten waren gegrond.
