Verzoeker, van Chinese nationaliteit, verzocht op 14 februari 2008 een machtiging tot voorlopig verblijf (mvv) bij het consulaat in Guangzhou (China), voor verblijf bij zijn Nederlandse partner. De Visadienst van het Ministerie van Buitenlandse Zaken, ondergebracht bij de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) doet er vervolgens 1 jaar en bijna 5 maanden over om een beslissing te nemen. Oorzaak van de vertraging is een opgestart verificatieonderzoek wegens twijfel aan de gestelde band tussen verzoeker en partner. Op 7 juli 2008 werd verzoeker meegedeeld dat om dat onderzoek werd verzocht. Eerst op 19 november 2008 verzocht door de IND daadwerkelijk aan het Ministerie van Buitenlandse Zaken het onderzoek uit te voeren. Na legesbetaling in februari 2009 voor dat onderzoek werd het op 21 mei 2009 uitgevoerd en 17 juni 2009 werd de uitkomst aan BZ meegedeeld. De Visadienst besliste, zonder de uitkomst van het onderzoek af te wachten, op 1 juli 2009 positief op de mvv-aanvraag. Op 16 juli 2010 werd verzoeker (inmiddels in Nederland met een verblijfsvergunning) geïnformeerd over de positieve uitkomst van het verificatieonderzoek.
Verzoeker klaagt over de lange duur van de behandeling door de Visadienst van de mvv aanvraag en dat hij niet door die dienst en het Ministerie van BZ actief op de hoogte werd gehouden van de stand van zaken.
De klachten zijn beide gegrond. Redelijke termijn (3 maanden) voor behandeling van mvv-aanvraag is ruimschoots overschreden. De informatieverstrekking schoot te kort; informatie werd slechts verstrekt op initiatief van verzoeker zelf en de informatie klopte inhoudelijk niet. De ketensamenwerking tussen BZ / de buitenlandse post (verantwoordelijk voor uitvoering van het verificatieonderzoek) en de IND/Visadienst (verantwoordelijk voor legesheffing en infoverstrekking aan de vreemdeling over voortgang onderzoek) moet beter gewaarborgd zijn dan in verzoekers geval is gebleken.
Voortvarendheid - gegrond; informatieverstrekking; gegrond
De No heeft er met instemming kennis van genomen dat de ministers van Justitie en BZ hebben aangegeven te zullen zorgen voor verbetering van het betalingstraject voor het tijdig betalen van leges, zodat wordt voorkomen dat verificatieonderzoeken te laat worden gestart. Dit komt de ketensamenwerking ten goede. De No heeft de ministers in overweging om de ketensamenwerking bij een verificatieonderzoek zodanig in te richten dat de infoverstrekking over de voortgang aan betrokkene van wie de documenten worden onderzocht, of aan diens gemachtigde, gewaarborgd is.