Verzoekster was met een aantal medeactivisten aan het demonstreren tijdens een raadsvergadering van de gemeente Soest, waarbij de activisten zich aan de publieke tribune hadden vastgeketend. Op verzoek van de burgemeester kwam de politie ter plaatse. De activisten werden rond 23.00 uur aangehouden wegens lokaalvredebreuk en in Amersfoort in een ophoudruimte geplaatst.
Verzoekster klaagde erover dat zij pas rond 5.00 uur is overgebracht naar het cellencomplex te Houten, waar de verblijfsomstandigheden beter zijn.
Dat de politie in Amersfoort tijdrovend onderzoek heeft gedaan om verzoeksters identiteit vast te stellen, achtte de Nationale ombudsman niet aannemelijk. De Nationale ombudsman ging er vanuit dat verzoekster onnodig lang op het politiebureau te Amersfoort heeft verbleven. Dat deze situatie onwenselijk was, gold temeer nu verzoekster de nacht heeft moeten doorbrengen in een ophoudkamer zonder matras, kussen en dekens.
De politie heeft het redelijkheidsvereiste geschonden.
Verzoekster klaagde verder over de te hoge temperatuur in de ophoudruimte (niet gegrond), over een politieambtenaar die zijn naam niet wilde geven (gegrond) en over de dreiging met vreemdelingenbewaring indien zij haar naam niet wilde geven (geen oordeel).
