De Nationale ombudsman start een onderzoek naar de klachten van de heer Van L. en zijn partner over een rechtshulpverzoek aan Thailand. De klachten hebben betrekking op de manier waarop het Openbaar Ministerie informatie heeft gedeeld met de Thaise autoriteiten over het rechtshulpverzoek. De heer Van L. en zijn partner zijn kort daarop aangehouden door de Thaise autoriteiten. Zij zijn veroordeeld tot lange gevangenisstraffen.
Een rechtshulpverzoek is erop gericht om aan een ander land te vragen onderzoekshandelingen te verrichten in het kader van een in Nederland lopend strafrechtelijk onderzoek. Het kan daarbij gaan om bijvoorbeeld het verzamelen van bewijsmateriaal, het horen van getuigen, het leggen van beslag of het afluisteren van telefoons. Begin juni 2014 heeft de zaaksofficier van justitie een rechtshulpverzoek naar de Thaise autoriteiten gestuurd. Vervolgens stuurde de liaisonofficier van de Nederlandse politie in Thailand op 14 juli 2014 een brief met aanvullende informatie hier achter aan.
De Nationale ombudsman heeft de Minister van Veiligheid en Justitie en de andere betrokken instanties per brief op de hoogte gesteld van zijn besluit tot onderzoek. De ombudsman heeft tot onderzoek besloten na afronding van een verkennend onderzoek. Hij verwacht het onderzoek zo snel mogelijk af te kunnen ronden.