Op een avond zit Marlon* in zijn geparkeerde auto. Achteraf blijkt de straat volgens de politie een zogenaamde 'hotspot' te zijn. Een plek waar veel criminaliteit is. Plotseling komen er politiemannen aan. Ze begroeten hem niet. Ze willen hem controleren. Dit optreden maakt grote indruk op Marlon. Hij voelt zich geïntimideerd door de politiemannen. Dat wordt erger als er ook nog een motoragent bij komt. Deze eist op een onprettige en dwingende manier dat Marlon zijn papieren laat zien en de kofferbak opent. Marlon vindt het een angstige ervaring, maar hij blijft rustig. Hij klaagt erover bij de politie. Hij denkt dat zijn huidskleur de reden is geweest dat de politie hem zo onaangenaam heeft behandeld.
In Artikel 1 van de Grondwet staat dat discriminatie op basis van godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras, geslacht of op welke grond dan ook verboden is. (Politie)ambtenaren mogen burgers op basis van hun uiterlijk en/of afkomst niet op een negatieve manier anders behandelen dan andere burgers. Ook moeten ze de schijn van discriminatie vermijden.
De klachtbehandeling bij de politie verloopt ook niet helemaal lekker. Marlon moet steeds lang wachten op reactie. Als hij niet zelf aan de bel trekt, hoort hij helemaal niks. De politie komt zelfs op een afgesproken moment niet opdagen.
Marlon benadert de ombudsman en we onderzoeken de situatie. Wat we al weten is dat de politie serieus bezig is goede keuzes te maken bij controles en aanhoudingen. Om te zorgen dat mensen niet alleen het idee krijgen dat ze niet gediscrimineerd wórden, maar dat ze zich ook niet gediscrimineerd vóelen. Daar hoort bij dat de politie goed uitlegt waarom de controle plaatsvindt. Dat is hier allemaal niet gebeurd. Sterker nog, Marlon is niet netjes behandeld. De agent had hem niet mogen vragen de kofferbak te openen. Dat vindt de politiechef achteraf ook.
Wij denken niet dat hier sprake is geweest van discriminatie. Maar we vinden wel dat de politiemensen in de situatie van Marlon er niet in geslaagd zijn om de schijn van discriminatie te vermijden. Daar begon het probleem voor Marlon. Dat de klachtenprocedure vervolgens ook niet goed verliep, is vlek op vlek. Professioneel met klachten omgaan, daar zijn wij bij de Nationale ombudsman experts in. Wij helpen daarom overheidsorganisaties zoals de politie hierbij. Bijvoorbeeld met workshops.
De politie had hier meer moeten doen om de (schijn van) discriminatie te voorkomen. De klachtafhandeling had veel professioneler gemoeten. En de gekleurde bril moet echt in het handschoenenkastje blijven liggen!
* gefingeerde naam
De persoon op de foto is niet de persoon uit deze column
Deze column is eerder geplaatst in de Telegraaf van zaterdag 8 juni jl.