Als in een gezin ernstige opvoedingsproblemen voorkomen, dan kan de rechter de kinderen uit dat gezin onder toezicht stellen. Ouders zijn dan afhankelijk van de beslissingen van een gezinsvoogd over de opvoeding van hun kind. Voor de meeste ouders een ingrijpende gebeurtenis. Het is echter wel zo dat zij zoveel mogelijk zelf verantwoordelijk blijven voor de opvoeding en dat de gezinsvoogd hen daarbij ondersteunt. Om dit voor het kind zo optimaal mogelijk te laten verlopen, moeten ouders en gezinsvoogd goed met elkaar samenwerken. Dit vraagt inspanning van beiden, waarbij de gezinsvoogd ook moet zorgen dat ouders zich niet buiten spel gezet voelen. Dit ging echter mis bij het gezin Evertsen*.
Alle kinderen uit het gezin Evertsen staan onder toezicht van Bureau Jeugdzorg. Zij krijgen een gezinsvoogd toegewezen. Deze beoordeelt hoe het met de kinderen gaat en helpt hun situatie te verbeteren. Hiervoor stelt de gezinsvoogd een plan van aanpak op. Normaal gesproken doet de gezinsvoogd dit samen met de ouders. De Evertsens zijn dan ook verbaasd als ze het plan onder ogen krijgen, zonder dat de gezinsvoogd de inhoud ervan met hen heeft besproken. Bovendien staan er fouten in het plan: namen zijn verwisseld, data zijn verkeerd en de gezinsvoogd blijkt geen goed beeld te hebben van de huidige situatie van de kinderen.
De Evertsens voelen zich niet gehoord en niet serieus genomen door de gezinsvoogd. Ze dienen een klacht in bij Bureau Jeugdzorg. Dat erkent dat er fouten staan in het plan, maar past ze niet aan. Ook zegt het Bureau dat de Evertsens het plan van aanpak eerder ter inzage hebben gekregen. Dit is echter niet wat de ouders voor ogen hadden bij het gezamenlijk opstellen van het plan. Al met al voelden zij zich nog steeds niet serieus genomen. Ze stappen naar mij.
In deze zaak zie ik dat de houding van de gezinsvoogd ervoor zorgt dat de ouders een klacht indienen. Zij voelen zich niet serieus genomen en dat is niet goed. De gezinsvoogd had de ouders daadwerkelijk bij het opstellen van het plan van aanpak moeten betrekken. Door dit na te laten, ontstaat een sfeer van wantrouwen en een groot gevoel van afhankelijkheid. En door de manier waarop de klachtencommissie van Bureau Jeugdzorg hun klacht behandelt wordt het al niet beter. Tijdens de klachtbehandeling heeft de klachtencommissie er onvoldoende oog voor dat de ouders zich aan de kant gezet voelen. Ook na de klachtbehandeling is niet met de ouders bekeken hoe zij actief betrokken konden worden bij het plan van aanpak. En de fouten bleven in het plan staan. Een gemiste kans!
Ik vraag Bureau Jeugdzorg alsnog het plan van aanpak samen met de Evertsens te bespreken en waar nodig te corrigeren. En daarnaast bij haar medewerkers nog eens te benadrukken dat het plan van aanpak samen met de ouders moet worden opgesteld. Bureau Jeugdzorg laat mij weten dit te doen. Mooi, want een goede werkrelatie tussen ouders en gezinsvoogd is in het belang van het kind.
* Om privacyredenen is de naam veranderd